livres. lus. approuvés.
Bienvenue chez Bibliomania, le spécialiste en ligne du livre de seconde main
FR  •  NL
Panier
0
N.M.B.S. Stoomlokomotieven type 38
par J. Casier
Broché / 254 pages / édition de 1984
langue(s) : néerlandais
collection : Brochure
numéro : 8
dimensions : 296 (h) x 210 (l) x 16 (ép) mm
poids : 890 grammes
Cet ouvrage n'est
pas disponible
actuellement sur
Bibliomania
We schrijven eind 1918. In geheel Europa branden de puinen, die de eerste wereldoorlog nagelaten heeft, nog na. Vooral België en Noord-Frankrijk getuigen van de dramatische en mensonterende toestanden .

Ook op spoorweggebied heerst er een praktisch onoverzienbare chaos. Bij het binnenvallen van de keizerlijke troepen in 1914 kon ongeveer de helft van het traktiematerieel naar Frankrijk uitgeweken worden en deze lokomotieven kwamen daar ten dele in dienst. Het in België achtergebleven materieel werd door de bezettende troepen - zonder veel onderhoud - voor de zware transporten ingezet of werd gedeeltelijk naar Duitsland afgevoerd om overal ter wereld aan de diverse fronten ingezet te worden.

Anderzijds kwamen lokomotieven van verschillende Europese spoorwegmaatschappijen in België tot inzet en bleven bij de bevrijding hier achter. Ook werden er lokomotieven van de Pruisische spoorwegen aan de - toenmalig Duitse - direktie Brussel geleverd waren bij het einde van de bezetting nog steeds in ons land aanwezig.

Verder voerden de Engelse troepen bij hun intocht vele oorlogslo-komotieven van de R.O.D. in ons land in en deze machines werden hier tijdens de eerste vredesmaanden de geweldige opdrachten uit.

Doch bij het verder trekken van de bevrijdingslegers ontstond er begin 1919 een schrijnend tekort aan materieel. De in Frankrijk.afgestelde machines hadden nog niet de kans gekregen om naar ons land terug te keren. Om deze toestand enigszins te milderen deden de Staatsspoorwegen een keuze uit de enorme stocks van de legermachines en zo kwamen o.a. de typen 22 (later 57), 40, 50 en 52 (later 58) in het Belgisch bestand terecht.

Anderzijds had het verdrag van Versailles echter ook meer dan 2 000 machines van de Duitse spoorwegmaatschappijen aan de Belgische Staatsspoorwegen toegewezen en vanaf 1918 konden de in België achtergebleven machines van de diverse typen in het effektief opgenomen worden, doch de verdere verplichte transfert duurde tot in de beginjaren '20.

Doch bij al deze machines ontbrak echter één soort lokomotief, nl. een middelzware lokomotief voor gemengd gebruik, doch echter bij voorkeur voorbestemd voor de doorgaande goederentreinen tussen de vor-mingsstations van het net, een soort lichtere versie van de voor de oorlog gebouwde machines van het type 36.

In deze klasse hadden de Staatsspoorwegen van de United States Railroad Administration al 32 machines van het type 39 ontvangen, doch deze - in volle oorlogstijd in Amerika ontwikkelde en gebouwde - machines voldeden - vooral door hun eenvoudige bouw - niet volledig aan de Belgische normen en ook het aantal was bijlange niet voldoende om het beschikbare werk op te knappen. Voor de toekomstige machines dachten de Staatsspoorwegen meer aan een 150 lokomotieven, die meer aangepast waren aan de Europese en meer bepaald Belgische behoeften van betrekkelijk korte afstanden met toch wel veelvuldig voorkomende [...]
d'autres ouvrages de J. Casier
rechercher des articles similaires par catégorie
rechercher des articles similaires par thème: